Artikel AD: Natuurorganisaties drijven provincie Zuid-Holland in het nauw: rechters kritischer op afschieten dieren
Met tientallen, honderden of duizenden wil de provincie Zuid-Holland smienten, knobbelzwanen, damherten, konijnen en vossen laten afschieten. De dieren zouden te veel schade aan oogsten toebrengen, gevaar veroorzaken of een bedreiging zijn voor andere dieren. Eén probleem: de rechters steken een stokje voor de jacht. De natuurorganisaties ruiken – figuurlijk – bloed. De provincie kruipt steeds vaker zelf in de rol van opgejaagd wild.
De provincie gaf afgelopen week toestemming om nesten van broedende mantel- en zilvermeeuwen op terreinen van bedrijven in de Rotterdamse haven te verwijderen en eieren te bewerken met plantaardige olie, zodat ze niet uitkomen. De dieren zijn volgens de provincie agressief en belagen medewerkers die onder meer noodzakelijke inspecties moeten verrichten. Bovendien zouden hun uitwerpselen installaties aantasten.
Het bezwaarschrift is volgens woordvoerder Harm Niesen van De Faunabescherming al onderweg. ,,Meeuwen agressief? Wat een flauwekul’’, zegt hij. ,,Meestal blijven ze op meters afstand. Er zijn enkele gevallen bekend waarbij mensen zijn geraakt door de poten van meeuwen, maar daar merk je weinig van. Als je bang bent, moet je even met een stokje rondzwaaien. Dan blijven ze weg. Ze zorgen wel voor overlast, maar dat is geen reden om het broeden te verstoren. Mantel- en zilvermeeuwen zijn beschermde vogels, waarvan het aantal bovendien afneemt.’’
Niesen sluit niet uit dat ook deze zaak eindigt bij de rechter, zoals inmiddels door het hele land tientallen zaken lopen van tal van natuurorganisaties tegen provinciale ontheffingen voor de jacht. Waar de rechters in het verleden de verantwoordelijke overheidsorganen goedgezind waren, is sinds kort een kentering te zien. De Raad van State stelde in een sinds 2017 slepende zaak de provincie, die jaarlijks 6500 smienten wilde laten schieten, in het ongelijk. Onlangs staken verschillende rechters ook een stokje voor de jacht op onder meer knobbelzwanen, damherten en vossen.
Boeren
Steeds vaker heeft de provincie moeite om aan te tonen dat de jacht nuttig is. ,,Provincies luisteren te veel naar boeren en jagers. Ze mogen wel wat kritischer worden’’, stelt Niesen. ,,Als je meer vossen wilt, moet je er vooral op jagen. Een mannetjesvos heeft vaak drie vrouwtjes, van wie er één jongen baart. Ga je op ze jagen, dan voelen ze zich bedreigd. Niet alleen krijgen ze dan meer jongen tegelijk, ook de andere vrouwtjes krijgen kleintjes.’’
Zo gaat het volgens Niesen ook met de ganzen die de provincies met honderdduizenden per jaar laten doden in de hoop de populatie naar het niveau van 2005 terug te brengen. Het helpt niet of nauwelijks. Bovendien stelt hij grote vraagtekens bij de schade die landbouwers lijden door ganzen en die door beëdigde taxateurs wordt vastgesteld. ,,Het grazen van de pollen van de tarwe vergroot de oogst. Ze vormen daardoor meer stengels, wat meer korrels oplevert. Alleen is de stro-opbrengst minder, maar daar is het de boeren niet om te doen.’’
Kritischer
Een woordvoerster van de provincie erkent dat de rechter tegenwoordig ‘kritischer’ toetst als het gaat om wildbeheer en dat meer organisaties rechtszaken aanspannen. ,,Een ontheffing verlenen voor afschot doen we natuurlijk niet zomaar. Er moet sprake zijn van schade of gevolgen voor de veiligheid. Dan moeten eerst preventieve maatregelen worden genomen, zoals het verjagen van dieren of plaatsen van hekken.’’
Bron: AD Rivierenland
Gerelateerde berichten
