Skip to content

Meesterklompenmaker Frans geeft het stokje over aan Gerrit: ‘Ik maak van hem ook een kampioen’

STRUINEN DOOR DE STREEK | Wekelijks struinen verslaggevers Levien Vermeer en Matthijs Daniëls door de geschiedenis van deze streek. Vandaag een meesterklompenmaker die tot voor kort 7000 klompen per jaar maakte. Gelukkig kon hij zijn vakkennis overdragen.

Gerrit Verhoef (56) is bijna veertig jaar in de weer met hout en zo’n dertig jaar geleden begon hij voor zichzelf met een houthandel aan de Overboeicop in Schoonrewoerd. ,,Ik zat als timmerman in de bouw en tijdens de vorstverlet ben ik boomgaarden gaan rooien. Van het een kwam het ander, want op een gegeven moment stond ik zes hectare populierenbos te kappen. Dat beviel me zo goed dat ik voor mezelf begonnen ben, met een stukje handel erbij en af en toe een timmerklus. Maar als je tegen me gezegd had dat ik ooit klompen zou gaan maken, dan had ik je vol ongeloof aangekeken.’’ Toch staat er nu een bordje ‘klompen te koop’ naast zijn inrit.

Klompen horen natuurlijk thuis in het typisch Nederlandse rijtje klompen, kaas, tulpen en molens. De geschiedenis van de klomp gaat terug tot de middeleeuwen, toen in bijna alle Europese landen, voornamelijk door arbeiders en boeren, klompen of houten schoenen werden gedragen. Volgens de site van de gespecialiseerde huishoudzaak Joh. Boom in Alkmaar, ‘sedert 1853′, zijn bruidsklompen de mooiste exemplaren die er bestaan.

Omdat er vroeger ’s winters niet veel op het land te doen was, verdreef men de tijd met houtsnijden. Zo ontstond de traditie klompen te versieren met elegant houtsnijwerk voor de aanstaande bruid. Na 1890 loopt de verkoop van klompen sterk terug door de opkomst van de leren schoen, die in massaproductie gemaakt werd.

In 1917 stonden er zo’n 3800 klompenfabrieken in Nederland, in 1977 nog 133. Tegenwoordig slechts enkele, waarvan de meeste souvenirs produceren. De klomp vindt nog altijd gretig aftrek in een Delfts blauwe variant, maar ook als pantoffel, sleutelhanger, koelkastmagneet of kurkentrekker. Klompjes als kraamcadeau blijven onverminderd populair, al dan niet ingebrand met de naam van de baby.

Machines
Maar hoe kom je er toe zelf klompen te gaan maken? Verhoef kwam tien jaar lang over de vloer bij meesterklompenmaker Frans van Kuijk (75) in Velddriel om populierenhout te leveren. Hij zegt: ,,Dan keek ik altijd wel even om een hoekje bij Frans, naar waar hij mee bezig was.’’ Deze middag is Van Kuijk te gast in de schuur bij Verhoef waar vijf van zijn machines staan die Verhoef onlangs van hem overgenomen heeft.

Hij constateert: ,,Er was al een klik tussen ons. Een probleem lossen we altijd voor elkaar op.’’ Van Kuijk komt uit een geslacht dat vier eeuwen lang klompen maakt. ,,Mijn familie komt uit Gorinchem en Arkel, dat was lang een moerassig gebied, waar goed hout voor klompen van populier en wilg te vinden was.’’

Zelf zit hij 46 jaar in het vak en maakte tot voor kort machinaal zo’n 7000 paar klompen per jaar. Hij is met het handwerk begonnen. ,,Op 10-jarige leeftijd mocht ik elke dag een half uurtje het koppelgaatje in de klompen draaien en de maat eronder schrijven. Toen zei mijn vader: ‘We zullen eens kijken of je een klomp kunt boren’. Dat ging.’’

Hij werd meesterklompenmaker, zijn klompen zijn erkend door TNO als veiligheidsschoeisel. ,,Boeren en stratenmakers gebruiken nog zes paar klompen per jaar.’’ Van Kuijk heeft Verhoef ingewijd in de kneepjes van het vak met de ruim dertig jaar oude machines. Want ook al konden die meteen draaien, dat betekent nog niet ‘dat als je er een blok hout induwt, er meteen een klomp uitkomt’, aldus Verhoef. Hij laat een geboorteklompje aan Van Kuijk zien en zegt: ,,Kijk, deze heb ik breder gemaakt.’’ Van Kuijk beaamt: ,,Dat zie je in één oogopslag’’, waarop Verhoef antwoordt: ,,Ze tonen zo vriendelijker.’’ Hij doet het voor zijn plezier. ,,Klompen maken levert geen stress op, want ik kan er aan beginnen en mee stoppen wanneer ik wil.’’

Voor een klomp werk je met nat hout, dat had Verhoef gauw in de gaten. ,,Voordat ze geschuurd kunnen worden moeten ze vier weken drogen.’’ Van Kuijk: ,,De wind en de zon kosten gelukkig niks.’’ Van Kuijk is blij met de overname. ,,Toen ik tegen mijn kinderen vertelde dat ik af wilde bouwen zeiden ze: ‘Kijk of je iemand blij kunt maken met je machines, daar word je zelf ook blij van.’ Dat is met deze man gelukt.’’

Enthousiast voegt hij daaraan toe: ,,Gerrit deelt mijn passie voor klompen maken. Ik ga van hem ook een kampioen maken.’’ Verhoef zegt: ,,In een boek over oud Schoonrewoerd loopt jong en oud op klompen. Het valt me op dat je nu, bijvoorbeeld bij een trekkertrek, veel jeugd ook weer op klompen ziet.’’

Bron: AD Rivierenland/Beeld: Cor de Kock

Back To Top
Lid worden