29 november 2024 Cider bestond al in de tijden van de Grieken en Romeinen, maar…
Artikel Kontakt | Nieuwe voorzitter NVWA: ‘Het gaat niet goed met natuur’
PAPENDRECHT • Als jochie mocht Ferry van Jaarsveld op school niet bij het raam zitten. ‘Ik was te snel afgeleid, keek steeds naar de vogels.’ In maart start hij als nieuwe voorzitter van de Natuur- en Vogelwacht De Alblasserwaard.
Ferry groeide op in Rotterdam-Zuid. Toen hij een relatie kreeg met een Papendrechtse kwam hij in Papendrecht terecht, waar hij al voor de egelopvang werkte. Er wonen was wennen. “In Papendrecht groeten de mensen elkaar, zeggen ‘fijne dag’, vragen hoe het met je gaat.”
Stadsnatuur
Voor natuur had hij niet hoeven verhuizen. “In Rotterdam heb je veel stadsnatuur. Vossen op de Coolsingel bijvoorbeeld. We hadden steenmarters en bunzingen in de achtertuin. Op mijn zevende zocht ik met een verrekijker en een vogelgidsje het groen in de stad op. Het is frappant dat ik als enige in de familie dacht: ik ga me verdiepen in vogels. Mijn ouders namen me wel mee de natuur in. We zochten uilenballen, draaiden blaadjes om en bekeken welke insecten eronder zaten. En we gingen vaak naar Avifauna, misschien is daar mijn belangstelling voor vogels ontstaan.”
Halve ecoloog
Leren uit boeken, daar houdt hij niet zo van. “Ik ben graag met mijn handen bezig. Daarom koos ik voor de opleiding dierverzorging aan de land- en tuinbouwschool in Barendrecht, nu Yuverta.” Hij probeerde nog wel een hbo-diploma te halen, maar strandde na het tweede jaar. “Ik deed landscape & environment, dus ik vind dat ik een halve ecoloog ben”, zegt hij lachend.
Dode beesten
Zijn liefde voor dode beesten bracht hem naar een kelder van het Natuurhistorisch Museum in Rotterdam. “Daar zet ik samen met andere vrijwilligers regelmatig dode dieren op voor de wetenschap, zodat studenten van de universiteit onderzoek kunnen doen. Als vrijwilligers leren we van elkaar hoe dat moet, beesten prepareren.” Hij vindt dode dieren niet eng, integendeel. “Je kunt kijken naar een kievit in de lucht, maar als hij dood is kun je hem nog beter bestuderen. Dan zie je alle kleurenvariaties op zijn veren, zijn snaveltje, de kuif.”
Egelpoep
Een jaar geleden vroeg een vrijwilliger bij de egelopvang of hij het bestuur wilde versterken. Niet lang daarna werd hij gevraagd om voorzitter te worden. Hij zei ‘ja’. Tijdens de ledenvergadering, medio maart, zal het bestuur hem voordragen. Ferry heeft een missie. “Ik wil dit centrum beter benutten om de natuur te promoten. We staan te ver van de natuur af en pikken als mensen te veel gebied in. Het aantal bijen, insecten en vogels wordt minder, zaken waar we wat aan kunnen doen. Maar als je jezelf daar niet bewust van bent, doe je ook niks voor de beestjes. Ik zie bij de egelopvang hoe het misgaat. Laatst kreeg ik een egel binnen die weg moest omdat hij op witte tuintegels poepte. Dat is een voorbeeld van hoe ver we van de natuur af staan. Ander voorbeeld: een meerderheid van de mensen in onze wijk wil geen bomen, want dan komen er blaadjes in de dakgoot.”
Kinderen
Hij realiseert zich dat het niet meevalt om volwassenen anders te laten denken. “Educatie is heel belangrijk. Mensen van veertig veranderen we niet meer, we moeten beginnen bij de basisschoolkinderen, uitleggen waarom het zo belangrijk is dat we wat voor de natuur doen. Dat een bij bloemen bestuift en dat wij de vruchten eten die daaruit groeien. En een zwaluw kakt wel in de tuin, maar eet ook veel muggen. Als we geen natuur meer hebben, weten we pas wat we missen.”
Bekendheid vergroten
Ferry wil de bekendheid van de NVWA vergroten. “Als ik mensen vraag of ze de vogelwacht kennen, schudden ze hun hoofd. Het ging lang goed, we deden veel educatie voor scholen. Maar door corona zijn we twee jaar dicht geweest, er zijn mensen vertrokken. Nu moeten we mensen werven, scholen benaderen en het centrum promoten. Ik hoop dat ons educatieve centrum hét natuurcentrum van de Alblasserwaard wordt.”
Praten met boeren
Over de staat van de natuur in de Alblasserwaard is hij bezorgd. “Het gaat helemaal niet goed. Ik hoor dat het aantal weidevogels stabiel is, maar de aantallen insecten en egels nemen af. Ik denk dat het aan zowel consumenten als boeren ligt. Ik snap dat het voor boeren heel moeilijk is; ze hebben moeite om aan de melk te verdienen. Ik denk dat we ook naar Den Haag moeten wijzen. De boer zit ingeklemd tussen partijen die van alles willen. Het gevolg is dat de polder een groen biljartlaken is waar weinig insecten leven en weinig bloemen groeien. Dus we praten met boeren, vragen hen een stukje plas-dras te zetten en stroken met begroeiing te maken waarin dieren zich kunnen verschuilen voor roofvogels.”
Netflix
Ferry’s vrouw is beheerder van de Papendrechtse kinderboerderij. Hoe vaak gaan gesprekken thuis over dieren en natuur? Hij lacht. “Hij gaat vaak over natuur. Over dieren… eh, ook vaak. Maar we hebben het er niet de hele avond over, we kijken ook naar Netflix.”
Bron: het Kontakt/Beeld: Anne Marie Hoekstra