29 november 2024 Cider bestond al in de tijden van de Grieken en Romeinen, maar…
Artikel Nieuwe Oogst: Mirjam Sterk: ‘Handen jeuken om met gebiedsgerichte aanpak te beginnen’
Mirjam Sterk (CDA) keerde begin dit jaar vanuit Amerika terug om gedeputeerde te worden in Utrecht. Ze kon meteen haar tanden zetten in de stikstofproblematiek. ‘Dat ik landbouw, natuur, bodem en water in mijn portefeuille heb, is mooi. Die zaken hangen zo met elkaar samen. Het is niet het gemakkelijkste dossier, maar politiek is ook niet voor bange mensen.’
Mirjam Sterk zag op 6 januari vanuit Washington D.C. dat haar voorganger en partijgenoot Hanke Bruin Slot minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties werd in het kabinet-Rutte IV. Op 9 februari werd ze geïnstalleerd als gedeputeerde in Utrecht. ‘Het is snel gegaan. Ik ben erin gerold. Ik had vier weken de tijd om alles te organiseren. Hoe laat ik mijn gezin bijvoorbeeld zo goed mogelijk achter in Amerika? We zijn eind 2017 geëmigreerd omdat mijn man een baan in de VS kreeg.’
Natuurlijk zijn er verschillen, maar er zijn ook overeenkomsten tussen Nederland en Amerika, ziet Sterk. ‘Mensen in Amerika voelen zich in de steek gelaten door de politiek omdat ze zich niet gehoord voelen. Dat voelt een groep boeren hier in Nederland ook.’
U bent nu ruim een half jaar gedeputeerde. Hoe bevalt dat?
‘Vanaf het eerste moment vind ik mijn rol als gedeputeerde heel mooi. Ik ben ruim tien jaar Tweede Kamerlid geweest. Dat is erg politiek. Je vraagt anderen om het beleid aan te passen, om ergens geld vrij voor te maken.
‘Als gedeputeerde zit je dichter op de uitvoering en kun je meer sturen. Wat ik ook mooi vind, is dat de provincie een tussenlaag is tussen Rijk en gemeenten. Dat betekent dat je altijd moet samenwerken. De gebiedsgerichte aanpak is hier een mooi voorbeeld van.’
Wat heeft u vanuit Amerika meegenomen dat u kan helpen in uw functie als provinciebestuurder?
‘In Amerika heb ik gezien wat er gebeurt als mensen niet meer met elkaar in gesprek gaan. De Democraten en Republikeinen praten niet meer met elkaar. Daar wordt het land niet beter van. Mensen worden slachtoffer.
‘De verschillen tussen stad en platteland zijn groot. Er is veel onbegrip. Ik woonde in Washington. Daar heb je veel Democraten. In Zuid-Louisiana, waar ik moest zijn voor mijn vrijwilligerswerk voor het Rode Kruis, zitten veel Republikeinen. Hun leefwerelden zijn heel verschillend.
‘Doordat ik de toenemende polarisatie zag, wilde ik weer terug de politiek in. Want ook in Nederland zijn spanningen, niet alleen in de landbouw, maar op meerdere vlakken. Hoe klein mijn rol als gedeputeerde ook is, ik wil dit samen met anderen oplossen. En dan mag het best weleens schuren. Maar je moet elkaar in de ogen blijven kijken, in gesprek blijven en samen naar oplossingen durven zoeken.’
Met stikstof zitten we in een behoorlijke impasse.
‘Dat klopt. Het voelt voor mij ook wel een beetje als falen dat we nu in een impasse zitten. Niet alleen boeren en overheid staan tegenover elkaar, ook juridisch zitten we vast. Dat reken ik ons allemaal aan. Daarom is de opdracht ook om draagvlak te zoeken om hieruit te komen. Eerlijk gezegd denk ik dat boeren en overheid dichter bij elkaar staan dan dat het voor een buitenstaander lijkt. Net als de overheid zien boeren ook dat de natuur hersteld moet worden. Daar twijfelen ze niet aan. De discussie gaat veel meer over de uitvoering.’
Hoe groot is de stikstofopgave in provincie Utrecht?
‘We zijn verrast door de hoge reductiedoelen, ook omdat we helemaal niet zoveel stikstofgevoelige natuur hebben. Het is erg onduidelijk, want het lijkt erop dat we niet alleen in Natura 2000-gebieden, maar ook in Natuurnetwerk Nederland-gebieden aan de slag moeten.
‘Ik heb hierover een brief gestuurd naar de ministers Christianne van der Wal en Henk Staghouwer. Maar hun antwoord is mij nog niet helder genoeg, dus er komt nog een afzonderlijk gesprek. Met de boerenpartijen hebben we afgesproken dat we nu even niets doen en wachten op meer duidelijkheid vanuit Den Haag. Het heeft geen zin om steeds te overleggen, terwijl we niet weten waar we aan toe zijn.’
De provincies zaten deze week aan tafel met stikstofbemiddelaar Johan Remkes. Waarop heeft u aangedrongen?
‘We hebben hem gevraagd wat precies van ons wordt gevraagd en hoe we de doelen gaan halen. We wachten Remkes’ uitkomst af. Een bemiddelaar inzetten is best een zwaar instrument. Remkes is vrij autonoom. Ik heb het gevoel dat hij echt op zoek is naar een oplossing. Zodra die er is, gaan we in de provincie verder.’
Denkt u dat u hier voldoende draagvlak voor krijgt?
‘In Utrecht zijn de verhoudingen best goed. Ook als het moeilijk is, weten we elkaar te vinden. Dat is mede te danken aan mijn voorganger Hanke Bruins Slot. Ik vind het kostbaar dat we dat hebben, dat we met boeren en natuurorganisaties spreken.’
Hoe gaat Utrecht de gebiedsprocessen oppakken?
‘Dat begint op polderniveau. Iedereen die in een gebied woont waar opgaven liggen, praat mee onder leiding van een onafhankelijke voorzitter.
‘Wat voor ons belangrijk is, is dat naast het zuur zoet zit, dus een goed verdienmodel voor boeren. We concentreren ons op de blijvende boeren. Die willen we bij de transitie helpen. Wij gaan als provincie de plannen voor de gebiedsprocessen niet bedenken. Dat doen de partners in het gebied. Wij faciliteren daar waar nodig.’
Bent u het met uw partijgenoot Wopke Hoekstra eens dat 2030 niet heilig is voor het halen van de stikstofdoelen?
‘Ik vind het veel belangrijker om snel aan de slag te gaan dan mij met de vraag bezig te houden wanneer we uiteindelijk klaar moeten zijn. 1 juli 2023 heeft voor mij de eerste prioriteit. Dan moeten we de plannen voor de gebiedsgerichte aanpak neerleggen bij het Rijk. Mijn handen jeuken om te beginnen.’
Bestuursassistent Van der Tak
Mirjam Sterk (49) is sinds 9 februari gedeputeerde voor Landbouw, Natuur, Bodem, Water, Sport en Bestuur in de provincie Utrecht. Ze studeerde theologie en was onder andere docent godsdienst en redacteur bij de IKON. Sterk was bestuursassistent van Sjaak van der Tak, toen hij wethouder was in Rotterdam. Tussen 2002 tot 2012 zat Sterk in de Tweede Kamer. In 2016 werd ze directeur van MEE NL, een landelijke coöperatie van organisaties die mensen met een beperking ondersteunen. Eind 2017 vertrok ze met haar gezin naar Washington D.C. Daar was zij actief als schrijver/columnist/commentator en werkte ze als vrijwilliger voor het Amerikaanse Rode Kruis.
Bron: Nieuwe Oogst