Skip to content

Artikel Boerderij: Prio voor PAS-melders en meer stikstofplannen

Het kabinet wil snel hulp bieden aan de PAS-melders. En: dit is wat de piekbelasters staat te wachten.

PAS-melders
De problematiek van de PAS-melders, bedrijven die buiten hun schuld om zonder natuurvergunning zitten, heeft prioriteit in de stikstofaanpak. Er moet versneld stikstofruimte komen om bedrijven met een PAS-melding van de nodige vergunning te voorzien. De PAS-melders hebben hierin prioriteit: de totstandkoming van hun vergunning moet voorrang hebben op die van andere projecten van bedrijven of voor bijvoorbeeld de aanleg van wegen.

PAS-melders die een dwangsom boven het hoofd hangt, vanwege handhavingsverzoeken van milieuorganisaties, kunnen die schade verhalen op de overheid. Daarvoor komt een schadeloket, zodat de kosten, bijvoorbeeld het betalen van die dwangsom, in ieder geval vergoed worden.

Het eerder beschikbaar gestelde bedrag van € 250 miljoen, kunnen provincies begin volgend jaar inzetten. Zo kunnen provincies zelf maatregelen nemen om de PAS-melders te legaliseren. De vrijgekomen ruimte uit de nationale aanpak komt in een register. De overheid heeft de regie over deze stikstofbank. Ruimte kan alleen worden ingezet, als die niet nodig is voor natuurherstel.

Aanpak piekbelasters
Het kabinet verbreedt de groep met boeren die als piekbelaster binnen een jaar hun stikstofuitstoot drastisch moeten verlagen, het liefst terugbrengen naar nul. Daarvoor worden 2000 tot 3000 bedrijven, waaronder ook zo’n 50 tot 60 industriële bedrijven, benaderd door de overheid. Zij krijgen de keuze om zich vrijwillig op te laten kopen, of door (een combinatie van) innovatie, extensiveren, omschakelen of verplaatsen die stikstofuitstoot naar (bijna) nul te brengen. Voor deze groep komt een speciale opkoopregeling, met de toezegging dat daarna geen beter aanbod meer zal komen. Dit zal zo’n 120% van de marktwaarde van het bedrijf zijn. Ook kijkt het kabinet naar het wegnemen van fiscale belemmeringen om meedoen aan een opkoopregeling zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Ook andere vrijwillige opkoopregelingen die al in de planning stonden, gaan door. Hiervoor kunnen zowel piekbelasters als andere bedrijven gebruik maken. Als het niet lukt om genoeg stikstofruimte vrij te spelen, voelt het kabinet zich verplicht tot ‘verplichtend instrumentarium’.

Intern en extern salderen
Sinds 2021 is het niet meer verplicht om een nieuwe vergunning aan te vragen als een ondernemer door intern salderen het bedrijf aanpast, naar aanleiding van een gerechtelijke uitspraak. Die verplichting wil het kabinet weer terug. Per 1 januari 2024 komt dit in de wet te staan. Op deze manier moeten vergunningen juridisch sterker staan, in het geval ze worden aangevochten bij de rechter. Voor bedrijven betekent dit dat ze een nieuwe vergunning moeten aanvragen als ze iets willen veranderen aan de stikstof uitstotende activiteiten (zoals het houden van vee), ook als netto de uitstoot niet hoger wordt.

Het rijk en provincies moeten elkaar beter op de hoogte gaan houden over extern salderen, wil het kabinet. Recent ontstond er onenigheid tussen deze overheidslagen vanwege de opkoop van boerenbedrijven voor de vergunningverlening van een snelwegverbreding. De rijksoverheid wil de regie hebben over waar stikstofruimte voor gebruikt wordt. Datzelfde wil het kabinet gaan doen voor agrarische grond die vrijkomt bij (vrijwillige) opkoop: zodat dit beschikbaar komt voor veranderingen in het landschap en voor extensivering van bedrijven. De mogelijkheid van bedrijfsopvolging zal niet worden beperkt.

Latente ruimte
Veel vragen uit het stikstofdossier worden ook nog niet (helemaal) beantwoord. De minister wil een einde aan het gebruik van ‘slapende vergunningen’ en de inzet van latente (ongebruikte) ruimte in bestaande vergunningen om extern te salderen. Maar waar de ‘gebruiksruimte’ van een bedrijf eindigt en de latente ruimte begint, dat is nog niet helder.

Emissiearme stallen
De afgelopen tijd heeft de Raad van State weer heel wat strepen gezet door natuurvergunningen. Dus die vergunningen moeten ‘robuuster’, oftewel: verleend onder strengere voorwaarden, zodat ze nu wél standhouden bij de rechter. Een heikel punt daarin zijn de vergunningen van veehouderijen met een emissiearm systeem. De rechter verwierp natuurvergunningen die waren verleend op basis van de Regeling Ammoniak en Veehouderij (RAV) en het is niet uit te sluiten dat meer systemen onderuit gaan. De minister liet uitzoeken of, als er gerekend wordt met een onzekerheidsfactor, die vergunningen wel konden blijven staan. Maar daarbij vangt ze bot: bij het toepassen blijkt dat er niet of nauwelijks nog kan worden uitgegaan van een emissiereductie in individuele gevallen. Tegelijk wil het kabinet wel dat er ruimte is voor innovatie in de agrarische sector. Ook het real-time meten van stikstofemissies op bedrijven wordt weer genoemd als optie, maar dat is nog niet voor de korte termijn.

Lees ook: Interview met landbouwminister: Adema wil wanhoop van boeren omsmeden tot hoop

Lees alles over het stikstofbeleid in dit dossier.

Bron: Boerderij

Back To Top
Lid worden