Skip to content

Artikel Boerderij: Landelijke beëindigingsregeling; dit zijn de voorwaarden

In het concept landelijke beëindigingsregeling (LBV) trekt het landbouwministerie € 270 miljoen uit voor de opkoop van melkveebedrijven, € 115 miljoen voor kippen- en kalkoenenbedrijven en € 115 miljoen voor varkensbedrijven.

In de conceptregelingen staat dat melkveebedrijven 95% van hun in 2021 benutte productierecht moeten inleveren, pluimvee- en varkensbedrijven moeten 80% van het productierecht laten doorhalen.

De vergoeding voor de verloren productiewaarde is afhankelijk van de leeftijd en de omvang van de stal. De vergoeding wordt gegeven per vierkante meter stal.|

Bedrijven die de Meststoffenwet hebben overtreden, komen niet voor de regeling in aanmerking. Indien bedrijven ook grond willen verkopen, krijgen gemeenten, provincies en waterschappen het eerste recht van koop.

50 mol stikstof per jaar

Voor de regeling komen bedrijven in aanmerking met een stikstofdepositie (berekend op basis van Aerius) van 50 mol stikstof per jaar op een stikstofgevoelig natuurgebied.

Voor de conceptregeling gerichte aankoop nabij natuurgebieden is een bedrag van € 250 miljoen uitgetrokken, waarbij per provincie een maximaal uitkeringsbedrag is vastgesteld.

De provinciale bedragen tellen op tot € 184,8 miljoen. Daarnaast kan de minister nog een bedrag van bijna € 62 miljoen besteden.

Drempelwaardes

Om te kunnen deelnemen aan de regeling, moet een bedrijf de drempelwaarde voor een stikstofgevoelig natuurgebied overschrijden. Die drempelwaardes verschillen per natuurgebied.

Wie aan de regeling deelneemt, mag elders wel weer een bedrijf opzetten, maar het is niet toegestaan ander vee te houden dan waarvoor dierrechten (varkens, pluimvee of melkvee) nodig zijn. Daarvoor moeten dan wel de vereiste productierechten worden verworven.

Lees alles over het stikstofbeleid in dit dossier.

Bron: Boerderij

Back To Top
Lid worden