Skip to content

Artikel AD: Coronapatiënt Hein (78) kon pas slapen op de IC toen zijn vrouw naast hem sliep: ‘Zonder haar ben ik de weg kwijt’

Stal Vonk

Wat een mooi nieuws van één van onze leden; Stal Vonk te Giessenburg.

Zes weken lang werd coronapatiënt Hein Vonk uit Giessenburg in coma gehouden op de intensive care van het Beatrixziekenhuis. Toen hij wakker werd, wilde hij maar één ding: zijn vrouw Mijnie ’s nachts naast zich. Dankzij een koppelbed lukte dat. Ook nu hij revalideert, slapen ze samen. ,,Want als mijn vrouw niet hier mag slapen, ga ik naar huis”, zegt hij resoluut vanachter zijn rollator.

Het was halverwege april toen Hein (78) en Mijnie (67) Vonk uit Giessenburg de huisarts belden. Al weken zagen ze geen familie en liet Mijnie de boodschappen bezorgen: zo min mogelijk contact, had het RIVM gezegd. Toch werd Hein doodziek. Corona. ,,Terwijl zelfs de kleinkinderen niet langskwamen. Want ik heb al zo’n kwetsbare gezondheid.”

,,Honderdtwintig dagen”,  telt hij uit, terwijl zijn blik afdwaalt naar buiten, waar bezoekers en patiënten in en uit lopen. ,,Honderdtwintig dagen, zo lang ben ik dan in het ziekenhuis geweest.” Nog heel even doorbijten, want woensdag mag hij naar huis. Na een lange, heftige strijd tegen de ziekte die ‘écht geen griepje is’, Mijnie kan het niet vaak genoeg herhalen. ,,Zelf weet hij niets meer van de zes weken dat hij in coma lag. Maar ik wel.”

‘Komt goed wijffie’

Voordat de artsen hem in coma brachten omdat hij niet meer zelfstandig kon ademen, kon het echtpaar nog even videobellen. Hein snikt en veegt een traan onder zijn bril vandaan. Mijnie: ,,Ik krijg er nog kippenvel van als ik eraan terugdenk.” Hein herpakt zich. ,,Weet je wat ik zei? ‘Het komt wel goed wijffie.’ Dat zei ik. En dat meende ik ook. En het was ook zo. Want het is goedgekomen.”

,,Het enige leuke aan de IC, dat was het personeel”, vindt hij. Wat een mensen. Nu ik hier op de revalidatieafdeling zit, komen ze af en toe nog eens langs omdat ze me missen, al zijn ze blij dat ik van de IC af ben.” Ook Mijnie heeft niets dan lof voor het ziekenhuis. En ja, dat geweldige koppelbed, waardoor ze zelfs op de IC naast haar man kon slapen. ,,Niet wij, maar het personeel kwam op dat idee.”

Voor alle Rivas-locaties zijn er slechts vijf koppelbedden, geschonken door Stichting Roparun. Ze zijn bedoeld voor stervende patiënten die hun laatste nachten met hun geliefde willen doorbrengen. Eigenlijk niet om gezonde familieleden op de intensive care te laten slapen.

Toch mocht het. Hein: ,,Ik was in de war, ze hadden echt last van me. Ik trok aan het infuus en ik riep: ‘Mijn vrouw moet komen, anders word ik helemaal gek.” Mijnie: ,,Ons is verteld dat die verwardheid normaal is na zes weken coma.” Toen de verplegers in de gaten kregen dat het geen stampij was, maar dat Hein oprecht geen oog dicht deed zonder zijn vrouw, maakte het ziekenhuis een uitzondering.

Eindelijk slaap

Mijnie weet niet of zij corona heeft gehad. Ze had milde symptomen. ,,Maar dat was in april en destijds waren ze van mening dat testen niet nodig was.” Ze aarzelde nooit om op de ‘corona-ic’ naast haar man in bed te kruipen. ,,Dat wilde ik graag toen ze het vroegen. Die eerste nacht sliep hij voor het eerst.” Tot blijdschap van de verpleging, want slaap is van groot belang. Hij mocht na drie weken van de IC. Al stond hij erop dat het bed mee verhuisde. ,,Als mijn vrouw hier niet mag slapen ga ik naar huis”, zegt hij ook nu resoluut vanachter de rollator.

Nog even, dan gaan ze samen terug naar Giessenburg. Wat gaan ze als eerste doen? ,,Goed uitrusten”, zegt Hein. Zijn herstel gaat nog wel even duren. Zo kan hij pas sinds kort weer een beetje normaal slikken en is de door hem zo vervloekte, maar noodzakelijke rollator ook nog niet uit beeld. ,,Stapje voor stapje. Dan komt het helemaal goed.”

Bron: AD Rivierenland

Back To Top
Lid worden