29 november 2024 Cider bestond al in de tijden van de Grieken en Romeinen, maar…
Filmmaker maakt serie over natuurvriendelijke landbouw
In de korte documentaireserie Bodemprijs laat de jonge filmmaker Jasper Spanjaart boeren en wetenschappers aan het woord over vormen van voedselproductie die ten goede komen aan bodemkwaliteit en biodiversiteit. “Als consument kun je deze boeren steunen door hun producten te kopen.”
Landbouwexpert? Ben ik niet, zegt Jasper Spanjaart. “Omschrijf me alstublieft niet als deskundige. Ik mag dan wel drie korte documentaires over de landbouw hebben gemaakt, maar dat wil niet zeggen dat ik het hele landbouwwereldje begrijp. Kom op zeg! Wat ik nu wel weet, is dat er best veel boeren in Nederland zijn die het anders doen dan hun gangbare collega’s. Ze zijn er, het kan dus wel.”
Het verhaal van boeren die hun nek uitsteken
De mini-documentaires die Spanjaart in samenwerking met het Wereld Natuur Fonds heeft gemaakt, worden verspreid door het WNF via sociale media. Kijkers reageren positief, ook uit agrarische kring. “Leuk om te horen, maar daar doe ik het niet voor. Met mijn documentaires wil ik een verhaal vertellen, in dit geval het verhaal over boeren die hun nek uitsteken, die rekening houden met biodiversiteit, met de bodem. Ik ben niet op zoek naar applaus, ik laat me daar in ieder geval niet door leiden. Het verhaal van de boeren die in mijn documentaires centraal staan en dat van een paar wetenschappers, is bepalend. Zij zijn de boodschappers van het verhaal.”
Weinig kennis over boeren
Spanjaart (24) is een jonge filmmaker, opgeleid aan de Hogeschool voor Journalistiek in Tilburg. Als klein jongetje kreeg hij een fototoestel van zijn vader voor zijn verjaardag. Om uit te proberen. Later ontdekte hij de videocamera en raakte gefascineerd door het medium. In elk mens zit een verhaal, zegt hij. “Je kunt dat niet beter tonen dan via film.”
Hij maakte eerder een documentaire over een Argentijnse topvoetballer, opgegroeid in een sloppenwijk, succesvol geworden in het Engelse betaalde voetbal. Dit keer is hij in de landbouw gedoken via een toevallige ontmoeting bij het Wereld Natuur Fonds. “Ik wist weinig over de Nederlandse boeren. Natuurlijk, ik koop mijn voedsel in de supermarkt, wist dat daarvoor boeren nodig zijn. Ik stond er verder niet bij stil. Dat geldt voor veel mensen.”
Bedrijfsvoering afgestemd op natuur, milieu en bodem
Zijn drijfveer was om ‘andere’ boeren voor zijn camera en microfoon te krijgen. “Daar bedoel ik boeren mee die hun bedrijfsvoering afstemmen op de natuur, het milieu en de bodem. Ik ben op zoek gegaan naar authentieke, inspirerende ondernemers die gepassioneerd over hun bedrijf kunnen vertellen. De doorsneeconsument – ik ben daar een van – denkt algauw dat je die met een zaklamp moet zoeken. Is niet waar, ze zijn er wel degelijk. Kunnen daar goed de kost mee verdienen. Bijvoorbeeld door de producten direct aan de consument te verkopen, aan huis of via een online-winkel. De landbouw komt vaak negatief in het nieuws, de insteek van mijn documentaires is juist positief.”
De Argentijnse landbouwwetenschapper Pablo Tittonell, werkzaam aan de universiteiten in Groningen en Wageningen, is een van de deskundigen die in de documentaires aan het woord komt. Spanjaart is onder de indruk van zijn analyse. “Volgens Tittonell hoeft de landbouw niet automatisch te leiden tot bodemuitputting. Er zijn vormen van agrarisch grondgebruik mogelijk die de kwaliteit van de grond juist verbeteren. Hij kan daar ook nog eens prachtig over vertellen. Met zo’n figuur ben ik als documentairemaker natuurlijk erg blij. Tittonell was de eerste die ik sprak en hij werd direct mijn inspiratiebron.”
Kijker mag eigen conclusie trekken
De filmmaker wil niet moraliseren. De kijker mag zijn eigen conclusie trekken. Heeft hij geen enkele boodschap? “Ik laat zien dat er boeren zijn die duurzaam voedsel produceren. Zelf loop ik nu nooit meer gedachteloos langs de schappen. Als consument kun je kiezen, wat eet ik wel en wat niet. Al staat er nu na het zien van ‘Bodemprijs’ maar een handjevol mensen bewuster in de supermarkt of op de markt, dan heb ik mijn werk goed gedaan. Is dat een boodschap?”
Bron: Boerderij