29 november 2024 Cider bestond al in de tijden van de Grieken en Romeinen, maar…
Artikel Nieuwe Oogst: Wie dicht het gat in het boereninkomen?
Het nieuwe Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) slaat een gat in de inkomenssteun die boeren gewend waren daaruit te ontvangen. Daarbovenop komt een verschuiving van gelden naar de ecoregelingen in het Nationaal Strategisch Plan (NSP) en het plattelandsbeleid. Ondanks de politieke inzet in de afgelopen vier jaar op het verbeteren van het verdienvermogen wordt het boereninkomen er niet stabieler op.
Het tweede debat over het NSP in korte tijd is woensdag al een eind gevorderd als Kamerlid Sandra Beckerman (SP) aanhaalt dat de voedselprijzen in de afgelopen decennia nauwelijks zijn gestegen. De politica ziet in de supermarkten een melkprijs die nauwelijks verschilt met die in haar jeugd. ‘We kunnen boeren niet wegzetten als milieucriminelen. Het zijn de prijzen die onfatsoenlijk zijn.’
Voor Roelof Bisschop (SGP) is dat al langer duidelijk: ‘De meerprijs die boeren nodig hebben, kun je niet volledig uit de keten halen. Als je dat beweert, dan pleit je voor hogere voedselprijzen voor de consument.’ Het SGP-Kamerlid vindt dat ook andere partijen daar naar de maatschappij toe duidelijker over moeten zijn ‘willen we onze voedselveiligheid en -zekerheid niet in gevaar brengen’.
Voorafgaande aan het NSP-debat stuurde landbouwminister Carola Schouten een rapport van Wageningen University & Research naar de Kamer. Hierin staat beschreven wat het inkomenseffect is van het NSP op het inkomen van boeren en tuinders. Want ook de vergoedingen voor de daaraan verbonden ecoregelingen worden straks betaald vanuit het budget voor inkomenssteun. Meegenomen zijn ook de scenario’s waarin er vanuit de eerste pijler 15 procent of 30 procent – in stappen – wordt overgeheveld naar de tweede pijler voor plattelandsbeleid en vergroening.
De berekeningen liegen er niet om. Afhankelijk van deelsector en bedrijfstype leveren boeren flink in op de inkomenssteun. LTO Nederland leest in het rapport dat door het verlagen van de basisvergoeding per hectare een gemiddeld boerenbedrijf er op jaarbasis al gauw 5.000 tot 10.000 euro op achteruit gaat.
Budget afgepakt
‘Ondanks alle aandacht in de Tweede Kamer voor het verbeteren van het verdienvermogen in de agrarische sector, zorgt het NSP enkel voor verdere achteruitgang van het inkomen van boeren en tuinders. Het is onbegrijpelijk dat budget, bedoeld als inkomensvangnet, met dit gemak van boeren en tuinders wordt afgepakt’, liet LTO-voorzitter Sjaak van der Tak voorafgaande aan het debat weten.
BBB-Kamerlid Caroline van der Plas concludeert dat het doel van dit kabinet om de inkomenspositie van boeren en tuinders te verbeteren ‘niet wordt gehaald’. De vergoeding die boeren met de ecoregelingen kunnen verdienen, noemt zij ‘een magere sigaar uit eigen doos’.
Jaarlijks monitoren
De D66-motie die de stapsgewijze overheveling vanuit het budget voor inkomenssteun naar de plattelands- en vergroeningsgelden voorstelde, werd gesteund door VVD, CDA en ChristenUnie. Deze partijen verbinden daaraan de voorwaarde dat de uitwerking ervan op boerenbedrijven jaarlijks wordt gemonitord. Woensdag werd dit nog eens benadrukt. ‘We moeten kunnen ingrijpen als de economische gevolgen te groot zijn’, aldus Kamerlid Derk Boswijk (CDA).
Akkerbouwers komen er volgens verschillende parlementariërs bekaaid vanaf in het NSP. Voor hen zijn minder passende ecoregelingen beschikbaar waarmee ze een extra vergoeding kunnen verdienen. Boswijk vroeg daarom om subsidiëring voor de aanschaf van werktuigen die nodig zijn om teelten te vergroenen. Akkerbouwers staan volgens hem niet te trappelen om over te stappen op gesubsidieerde teelten van eiwitgewassen in de ecoregelingen. ‘Subsidie weg, teelt weg’, citeerde hij een akkerbouwer. VVD’er Thom van Campen zou om dezelfde reden premies willen zien voor precisielandbouw en niet-kerende grondbewerkingen.
Landbouwminister Carola Schouten ziet in het NSP kansen om meer opties te creëren voor de akkerbouw. Subsidie op werktuigen behoren volgens haar tot de mogelijkheden die de Europese Commissie biedt. De verschuivingen in de inkomenssteun zijn volgens haar bedoeld om de landbouw klaar te maken voor de toekomst. ‘We hebben doelen te halen. Boeren die meedoen en stappen zetten, willen we ondersteunen. Sturen met subsidie hoort daarbij. Maar het is wel zo dat ene keuze minder aantrekkelijk wordt en andere meer.’
Volgens Schouten is in de afgelopen jaren wel degelijk gewerkt aan verbetering van de inkomenspositie van boeren. Ze wijst op de daarvoor aangepaste Mededingingswet. Het verdienvermogen is een vraagstuk voor de hele keten, stelt ze verder. ‘Dat wordt de grote opgave voor volgend jaar. Want dat vang je niet op met middelen uit Europa, dat is een veel breder maatschappelijk vraagstuk.’
Natuurclubs: NSP’s leveren amper natuurherstel op
Het Wereld Natuurfonds, de stichting Birdlife en het Europees Milieubureau EE zeggen dat de tot nu toe door de EU-lidstaten ingediende Nationale Strategische Plannen (NSP’s) absoluut onvoldoende zijn. Volgens de natuurorganisaties draagt hooguit zo’n 20 procent van de ingediende maatregelen bij aan natuurherstel. Daarnaast stellen ze dat veel maatregelen ondergefinancierd zijn, terwijl het voor de effectiviteit van belang is dat ecoregelingen financieel aantrekkelijk zijn voor boeren. Van sommige landen is bekend dat ze een deel van de inkomenssteun gaan oormerken als premie voor vergroening die nu uit andere budgetten wordt betaald. Op die manier krijgt vergroening geen extra impuls.
Bron: Nieuwe Oogst