29 november 2024 Cider bestond al in de tijden van de Grieken en Romeinen, maar…
Nieuwe Oogst: Amber Laan: ‘We moeten er nu bij zijn, anders missen we de boot’
Het is de hoogste tijd dat jonge boeren en tuinders meer van zich laten horen in Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht. Dat vindt de nieuwbakken voorzitter van het Hollands Agrarisch Jongeren Kontakt Amber Laan uit het Noord-Hollandse Warder. ‘We moeten er nu bij zijn, anders missen we de boot.’
Laan (25) houdt zich op de melkveehouderij in Warder vooral bezig met het veemanagement. Haar blessure, een gescheurde enkelband die ze opliep tijdens een rugbytraining, staat haar niet in de weg om in de melkput te staan, dan maar op krukken en in een grotere maat laarzen. ‘Het is belangrijk om naast al die onlinevergaderingen ook praktisch bezig te zijn. Rust houden vind ik lastig’, zegt de nieuwe voorzitter van het Hollands Agrarisch Jongeren Kontakt (HAJK).
Tot voor kort zag u voor zichzelf geen toekomst voor ogen als melkveehouder. Waarom nu wel?
‘Dat ik graag in de maatschap wilde, kwam voor iedereen als een verrassing. Het runnen van een bedrijf boeit me. Daar kwam ik gedurende mijn studietijd achter.
‘Niet alleen de landbouwkant, maar ook de beleidskant vind ik interessant. Het bestuurlijke leek mij enkele jaren terug nog saai. Maar ik houd ervan om mee te discussiëren en te beslissen. Dat komt goed van pas bij het runnen van een agrarisch bedrijf.’
Wat ontdekte u nog meer?
‘Ik ben erachter gekomen dat ik een echte plattelandsbewoner ben. Voor mijn masteropleiding in Utrecht ben ik naar Amsterdam verhuisd, omdat ik dacht dat het daar gebeurde, dat het daar bruiste. Maar ik heb het leven in de stad geromantiseerd. Het is ieder voor zich. Na een half jaar was ik weer thuis op de boerderij. Ik houd van deze omgeving en de mensen. Plattelandsinwoners hebben nog oog voor elkaar.’
U was voorzitter van de grootste studentenvereniging in Wageningen. Wat heeft u daar geleerd?
‘Het voorzitterschap zie ik als runnen van het bedrijf. Ik zat samen met zes vrienden in het bestuur van K.S.V. Sint Franciscus Xaverius, een vereniging van ruim achthonderd leden. We organiseerden niet alleen feesten voor duizend man, maar ook verkiezingsdebatten, sportwedstrijden en carrièrebijeenkomsten. Daar heb ik geleerd dat je voor draagvlak moet zorgen. Naar andersdenkenden moet je serieus luisteren. Dat zorgt ervoor dat je geen tunnelvisie krijgt.’
Wat is uw ambitie als voorzitter van het HAJK?
‘Ik wil jonge boeren en tuinders meer onder de aandacht brengen. Door onder andere de provinciale bestuurders meer in contact te brengen met jonge boeren en tuinders, maar ook door de jongeren meer in contact te laten brengen met de provinciale overheden om wederzijds begrip te creëren. Dat gebeurde hier te weinig.
‘Het landelijk gebied moet veel meer onder de aandacht komen. In Noord-Holland hebben wij bijvoorbeeld een stads provinciebestuur. Maar Noord-Holland is niet alleen de metropool Amsterdam. Er gaat een ontzettende kracht uit van de agrarische sector.’
Hoe kijkt u naar de Voedselvisie Noord-Holland?
‘De provincie wil dat de grondgebonden landbouw in 2030 natuurinclusief is. Dat vind ik te eenzijdig belicht. In de weg naar alleen extensiveren geloof ik ook niet. We doen daarmee de diversiteit aan agrarische bedrijven in Noord-Holland tekort. Dat gaat ten koste van de innovatiekracht.’
Boeren moeten toch mee in de transitie naar een duurzame landbouw?
‘Zeker. Alleen de manier waarop dit nu gebeurt, zint me niet helemaal. We moeten veel meer toe naar een beloningssysteem. Naast de intrinsieke motivatie is dat een trigger. Beloon boeren meer voor diensten zoals het verbeteren van de waterkwaliteit, verminderen van emissies en het versterken van de biodiversiteit. Neem consumenten hierin mee. Ik ben fan van de biodiversiteitsmonitor. Dat boeren hun eigen thema’s uitkiezen waarop zij willen scoren en weten welke beloning daartegenover staat en niet een overheid die zegt: dit en dit moet je doen.
‘Daarbij geldt ook dat de overheid nu eens echt naar een langetermijnstrategie moet. We zijn klaar met de windrichtingenpolitiek.’
Is de gebiedsgerichte aanpak de oplossing?
‘Een gebiedsgerichte aanpak is kansrijk, maar het moet geen heilige graal worden waarmee decentrale overheden alle complexe problemen in het landelijk gebied moeten oplossen en waar Haagse doelstellingen van de tekentafel in hoog tempo moeten worden behaald.
‘Met de aanscherping van de doelstellingen rond stikstof en broeikasgassen dreigt dit wel te gebeuren. Een gebiedsgerichte aanpak is succesvol wanneer er eerlijk wordt geluisterd naar ieders ambities. Als dit onvoldoende gebeurt, zal het proces weggegooid geld zijn en ook een geringer effect hebben.’
Voor welke veranderingen gaat u zorgen?
‘Ik ga de regionale afdelingen bezoeken om erachter te komen wat hen bezighoudt. En dat niet alleen. Ik wil ook nieuwe bestuurders werven. Met zeven bestuursleden in drie provincies missen we de slagkracht om veel meer te doen. We moeten juist nu goed naar onze leden luisteren. Daarnaast is het belangrijk om de ambitie van onze leden kenbaar te maken aan beslissers en beleidsmakers.’
Blijft er toekomst voor jonge boeren?
‘Ja. Jonge boeren denken out of the box, zijn creatief in het ondernemerschap, zijn veerkrachtig, ze durven nog te dromen. We moeten wel alle zeilen bijzetten. We moeten voorkomen dat andere partijen ons areaal gaan beheren, want dan worden we de karigste sector in het landelijk gebied. Ik merk dat jonge boeren erover denken om naar het buitenland te gaan vanwege wantrouwen in de overheid. Dat is zonde. Voor de belangen van jonge agrarisch ondernemers ga ik vechten.’
Adviseur duurzame landbouw en melkveehouder
Amber Laan uit het Noord-Hollandse Warder is sinds eind vorig jaar de nieuwe voorzitter van het Hollands Agrarisch Jongeren Kontakt (HAJK). De belangenvereniging voor jonge boeren en tuinders in Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht telt ongeveer duizend leden. Laan volgde van 2015 tot en met 2019 de bacheloropleiding Economie en Beleid aan Wageningen University & Research. Vorig jaar behaalde ze haar master Bestuur en Beleid aan het departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap aan de Universiteit Utrecht. De HAJK-voorzitter melkt in maatschap met haar ouders en zus tachtig koeien. Ze hebben 65 hectare grond in eigendom. Het extensieve bedrijf ligt in het Natura 2000-gebied Polder Zeevang, dicht bij het Markermeer. Laan werkt vier dagen in de week als adviseur duurzame landbouw bij communicatie- en adviesbureau Schuttelaar & Partners.
Bron: Nieuwe Oogst