Skip to content

Artikel Vogelbescherming: Agrarisch natuurbeheer moet beter om achteruitgang boerenlandvogels te stoppen

Agrarisch natuurbeheer vindt in ons land al sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw plaats. Met als doel om de natuur en landschap van het boerenland te beschermen, van argusvlinder tot grutto. Het ministerie van LNV heeft onlangs een tussentijdse evaluatie uit laten voeren om te kijken of het huidige stelsel (ANLb) écht werkt. Vogelbescherming is niet tevreden over deze evaluatie, vooral omdat het geen uitsluitsel geeft over de ecologische effectiviteit ervan. Of het écht werkt dus. In een brief aan demissionair minister Carola Schouten hebben we uiteengezet hoe het ANLb én de definitieve evaluatie beter kan.

De achteruitgang van de vogels van het boerenland, waaronder ooit heel gewone soorten als kievit en veldleeuwerik, is zorgwekkend. Het betreft vogels van allerlei typen agrarisch gebied, zowel weidevogels, akkervogels als vogels van kleinschalig boerenland. Nederland heeft voor het voorbestaan van onder andere de grutto een grote internationale verantwoordelijkheid. Om de populaties van deze vogels in hun huidige omvang te beschermen heb je weidevogelvriendelijk beheerd boerenland nodig, plus optimaal beheerde weidevogelreservaten.

Lange geschiedenis

Al zo’n veertig jaar geleden is agrarisch natuurbeheer bedacht, waarbij de overheid boeren beloont voor maatregelen om natuur te beschermen op hun land. Het huidige stelsel van agrarisch natuurbeheer is het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb). De gedachte erachter is dat boeren, verenigd in agrarische collectieven, via ‘pakketten’ aan maatregelen de natuur op hun land beschermen. Voorbeelden hiervan zijn het aanleggen van ‘plasdras’, het beschermen van nesten tegen werkzaamheden en het realiseren van kruidenrijk grasland voor kuikens van weidevogels, die vooral insecten eten. Hiervoor krijgen boeren vergoedingen om inkomstenderving tegen te gaan. Veel boeren doen er enthousiast aan mee.

Effectiviteit niet duidelijk

Het ministerie van LNV heeft onlangs, vijf jaar na inwerkingtreding, het ANLb tegen het licht gehouden in het ‘tussenevaluatierapport’ Stelselvernieuwing in uitvoering. Hoewel Vogelbescherming de conclusies ervan niet verrassend vindt, zijn deze toch teleurstellend. Vooral omdat niet duidelijk wordt wat de ecologische effectiviteit van het stelsel is. Dit terwijl uit de Boerenlandvogelbalans van Sovon Vogelonderzoek Nederland blijkt dat de meeste boerenlandvogels nog steeds achteruitgaan in aantal. Ondanks alle inspanningen van de overheid en boeren.

Bovendien is het niet helder welke beheer- en beschermingsmaatregelen genomen moet worden en hoeveel geld er nodig is om de soorten van de Vogel- en Habitatrichtlijn te beschermen. Ofwel: in gunstige staat van instandhouding te houden of te brengen. Voor die soorten, waaronder grutto, heeft Nederland internationale verplichtingen.

Meer nodig voor boerenlandvogels

Uit de evaluatie blijkt wél duidelijk dat het ANLb, ook na het uitvoeren van de voorgestelde verbeteringen, onvoldoende zal zijn om de negatieve trends van deze soorten te keren. Het blijkt dat er voor boerenlandvogels veel meer nodig is.

Vogelbescherming pleit daarom voor het aanwijzen van weidevogelkerngebieden, waar beheer gericht op weidevogels het primaire doel is. Het ANLb moet met prioriteit in en rond deze gebieden ingezet worden. Belangrijke aanvullende voorstellen zijn verder een gebiedsgerichte aanpak met inzet op inrichtingsmaatregelen, op doelsoorten afgestemd peilbeheer, predatiebeheer en inzet van grondinstrumentarium. Deze voorstellen komen ook terug in het Aanvalsplan Grutto. Financiële middelen uit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) van de Europese Unie en het daaruit voortvloeiende Nationaal Strategisch Plan (NSP) kunnen hiervoor ingezet worden. Het NSP is een uitwerking van het GLB, specifiek bedoeld voor de Nederlandse landbouw.

Er is een roep om het stelsel eenvoudiger en flexibeler te maken. Dat onderschrijft Vogelbescherming, maar dat mag niet ten koste gaan van het doel: bescherming van boerenlandvogels.

Transparante afspraken

Ook pleit Vogelbescherming voor duidelijke, transparante en verifieerbare afspraken over monitoring, beheerafspraken, doelstellingen en budgetten. Het ANLb betreft immers publiek geld. De monitoring van de resultaten moet bovendien gestandaardiseerd worden, waardoor deze betrouwbaarder wordt dan nu het geval is.

Het is nu de hoogste tijd voor een doelmatig en ecologisch effectief beheer van het landelijk gebied. Dit zal zeker bijdragen aan behoud en herstel van de biodiversiteit van het agrarisch gebied, waaronder boerenlandvogels. Een gebied met hoge natuur- en landschapswaarden draagt bovendien ook bij aan de leefbaarheid voor mensen.

Sidenote: als Den Hâneker zijn wij trots op de resultaten die wij wel bereikt hebben.

Bron: Vogelbescherming

Back To Top
Lid worden