Skip to content

Artikel Kontakt | Gedeputeerde Frank Rijkaart over gebiedsplan Alblasserwaard: ‘De onzekerheid bij boeren is nog heel groot’

MOLENLANDEN • De uitstoot van stikstof, methaan en CO2 terugdringen, het groen in de Alblasserwaard een duw in de rug geven én de boeren een toekomst bieden; aan het samenbrengen van die ambitieuze doelen wordt door agrariërs, de gemeente Molenlanden en de provincie Zuid-Holland hard gewerkt.

“Voor ons ligt de focus in de eerste plaats op het zorgen voor geld om onze plannen mogelijk te maken”, trapt gedeputeerde Frank Rijkaart (BBB) af. “Daarbij helpt het vallen van het kabinet niet mee. Er was ons een bedrag toegezegd, maar dat is in de ijskast gezet. Wij doen er alles aan om dit geld toch los te krijgen.”

Een tweede actiepunt is de garantie dat maatregelen die boeren nemen geaccepteerd worden. “Als zij investeren in een nieuwe stal of andere stalmaatregelen moet zeker zijn dat dit juridisch geborgd is. Ook daar werken wij als provincie aan.”

‘Stikstofbank werken we met provincie verder uit’
Vanuit de gemeente Molenlanden wordt nog steeds gewerkt aan het vergunningenloket en de zogenaamde stikstofbank. Daar kunnen agrariërs een teveel en een vermindering van stikstofuitstoot in onderbrengen, om zo de ‘stikstofwinst’ in eigen streek te houden.

Wethouder Jan Lock: “Dit werken we samen met de provincie uit. Daarnaast zijn we in Bleskensgraaf bezig met het becijferen van het plan om met het vergisten van mest energie voor het dorp op te wekken.”

Hij vervolgt: “Bijzonder is dat dit idee los van de stikstofdiscussie opkwam, in het kader van het project om Bleskensgraaf in 2032 aardgasvrij te maken. Zo komen vanuit de samenleving zelf ideeën. Het biedt kans om het opwekken van duurzame energie te combineren met een verdienmodel voor boeren.”

Ook natuur wordt meegenomen
De twee politici benadrukken dat het om no regret-maatregelen gaat: een aanpak waarbij alle partijen kunnen profiteren. Ook de natuur wordt meegenomen. Er ligt de opgave om in 2030 tien procent van het landelijk gebied ecologisch verantwoord te beheren.

“We noemen dat de groenblauwe dooradering”, licht Richard Slagboom, coördinator biodiversiteit voor de Gebiedsdeal, toe. “Het percentage staat nu op circa drie tot vier procent. Onderzoek laat zien dat er met gebruik van publieke gronden van onder meer gemeente en het waterschap ruimte is voor ongeveer achttien procent groenblauwe dooradering. Dat geeft ons de ruimte om grondeigenaren vrijwillig mee te laten doen, zonder dat er druk van buitenaf nodig is. Dat is wat ons betreft een groot goed.”

Belangrijke rol voor sloten en oevers
Een belangrijke rol spelen de vele duizenden sloten en oevers, die voor verbinding zorgen tussen het agrarisch gebied, natuur en de bebouwde kom. Slagboom: “Samen met het agrarisch collectief en gebiedsbeherende partijen zoals gemeenten, Waterschap Rivierenlanden en de provincie willen we de groenblauwe dooradering verder ontwikkelen en inzetten op versterking van de biodiversiteit. Een samenhangend groenblauw netwerk biedt ons echter meer voordelen. Zo draagt het bij aan een betere waterkwaliteit en helpt het ons aanpassen aan een veranderend klimaat.”

Op dit moment wordt gewerkt aan een inrichtingsconvenant. “Daarin komt veel meer aandacht voor biodiversiteit en behoud van ons unieke cultuurhistorische landschap. Zo kan een grote stap gezet worden richting de tien procent groenblauwe dooradering.”

Gebiedseigen aanpak van provincie
Opvallend aan het gesprek is de positieve toon. Zeker als je bedenkt dat de aftrap veel minder positief was: de lancering van de beruchte stikstofkaart in 2022, met de angst in de agrarische sector een verplichte drastische verkleining van de veestapel. De provincie Zuid-Holland kijkt echter juist nadrukkelijk per regio naar een gebiedseigen aanpak.

“Daarin is Molenlanden één van de koplopers”, knikt Rijkaart. “Maar er moet nog veel gebeuren. De onzekerheid bij de boeren is nog heel groot. Daar leven zij al veel te lang mee. Het vallen van het kabinet heeft daar zeker geen goed aan gedaan.”

Hij vervolgt: “Voor ons is het zaak de positieve energie die er nu is vast te houden, geld los te krijgen om de plannen te verwezenlijken en de maatregelen die we willen nemen juridisch te borgen. Daar zetten we ons graag voor in.”

Gerrit de Jong (LTO): ‘Het ligt te lang stil’
Het uitblijven van concrete toezeggingen en maatregelen frustreert de boeren in de Alblasserwaard steeds meer. Dat stelt Gerrit de Jong, voorzitter van LTO Alblasserwaard-Vijfheerenlanden, in reactie op het proces om tot een gebiedsplan te komen.

“De bedrijfsontwikkeling in het gebied staat stil. Zit je in een overnameproces of wil je bijvoorbeeld het bedrijf van je buurman overnemen, dan weet je niet welke investeringen je moet doen en kun je geen up to date vergunning krijgen”, stelt hij. “Boeren willen wel maatregelen nemen om onder meer de uitstoot van stikstof terug te dringen. Maar concrete toezeggingen zijn er niet. De ervaring heeft ons geleerd dat je, als je toch investeert, je daar een paar jaar later keihard op kan worden afgerekend.”

De besprekingen over het gebiedsplan lopen nu ongeveer anderhalf jaar. De Jong benadrukt dat er achter de schermen veel gebeurt. Hij is ook te spreken over de gebiedsgerichte aanpak van de provincie Zuid-Holland, maar er moeten wat hem betreft nu echt acties ondernomen worden. “Wat we nu zien is dat de provincie naar het rijk wijst en het rijk wijst weer naar de provincie. Geld om stappen te kunnen zetten is ver te zoeken. Ik merk zelf ook dat je het risico loopt om de energie kwijt te raken.”

Wel noemt hij enkele positieve punten. “Zo is er een loket bij de gemeente waar boeren direct terecht kunnen bij hun vragen. De antwoorden zijn er nog niet, maar zo wordt wel inzichtelijk wat er speelt. En met behulp van andere subsidies gaan we dit en komend jaar aan de slag met waterinfiltratie, om zo de bodemdaling tegen te kunnen gaan.”

Bron: het Kontakt/ Beeld: Geurt Mouthaan

Back To Top
Lid worden