Skip to content

Artikel Kontakt | ‘Maatwerk voor boeren in gebiedsprogramma aanpak stikstof van provincie Zuid-Holland hoopgevend’

ALBLASSERWAARD • Het provinciale gebiedsplan om de stikstofuitstoot terug te dringen levert gemengde reacties op in de Alblasserwaard. Positief is de insteek om maatwerk te leveren. “Maar het is nog veel te weinig concreet.”

Negen miljard euro vraagt het provinciebestuur van Zuid-Holland aan de landelijke overheid om natuur te herstellen en de uitstoot van stikstof en broeikasgassen terug te brengen. Dat valt te lezen in het Zuid-Hollands Programma Landelijk Gebied (ZH-PLG).

Hiermee komt de provincie tegemoet aan de eis van minister Christianne van der Wal om binnen een jaar een plan te presenteren om de stikstofuitstoot fors terug te dringen. De melkveehouders uit de Alblasserwaard leverden daar de afgelopen maanden, met hulp van de gemeente Molenlanden, de nodige inbreng voor.

Geen juichstemming
Het eindresultaat zorgt niet voor een juichstemming. Gerrit de Jong uit Meerkerk, voorzitter van de afdeling Alblasserwaard-Vijfheerenlanden van landbouworganisatie LTO: “De uitwerking van wat er op papier is gezet, zal heel erg bepalend zijn. Nu is het nog meer een slag in de lucht. Dit is met stoom en kokend water tot stand gekomen.”

Hij vervolgt: “Er is nog geen geld beschikbaar om maatregelen te treffen en de systematiek om oplossingsmaatregelen te borgen moet nog opgetuigd worden. Voor boeren blijft er de onzekerheid. Dit plan biedt geen harde toezeggingen en geen toekomstperspectief.”

Goede richting
Dat gezegd hebbend, beaamt hij dat de insteek van het ZH-PLG is om maatwerk te leveren een stap in de goede richting is. “Zo kunnen we plannen maken die bij de Alblasserwaard en bij elke boer afzonderlijk passen.”

Cees de Jong, melkveehouder uit Hoogblokland, is dat met hem eens. “Wij hebben steeds opgeroepen om de plannen niet in beton te gieten. Dat heeft de provincie goed opgepakt.”

Tijd gewonnen
En wethouder Jan Lock van Molenlanden: “Als ik er als bestuurder naar kijk, ben ik best positief. De ruimte geven aan maatwerk betekent grote winst. Er zijn provincies die hier heel anders instaan. We hebben hiermee tijd gewonnen om een gebiedsproces voor de Alblasserwaard zelf op te stellen. Opvallend vond ik dat de provincie 2035 als horizon noemt en niet 2030. Daarmee steken ze ten opzichte van de landelijke overheid echt hun nek uit.”

Hij vervolgt: “De provincie laat het doel leidend zijn, niet de maatregelen. Met die flexibiliteit kunnen we als Alblasserwaard ons voordeel doen. Ik ben blij dat de boeren uit de streek gezamenlijk met de gemeente Molenlanden naar de provincie zijn gestapt. Het vroeg inspanning van ons; bij de provincie was het nodig dat de insteek er kwam om de invulling bij het gebied zelf te laten. Uit het resultaat blijkt dat we dat niet voor niets hebben gedaan.”

Onzekerheid
Cees de Jong ziet net als Gerrit de Jong als grote nadeel dat boeren in onzekerheid blijven. “Het transitiebudget van 24,3 miljard euro om boeren te helpen te investeren in maatregelen om de uitstoot van stikstof en broeikasgassen terug te brengen is nog steeds niet goedgekeurd door de Eerste Kamer. Vervolgens moet de landelijke overheid beslissen over het bedrag per provincie én moeten er subsidieregelingen opgesteld worden. Dan ben je zo twee, drie jaar verder.”

Hij benadrukt dat de boeren graag snel aan de slag willen gaan. “Vanuit de overheid wordt er druk op gelegd om zo snel mogelijk maatregelen te nemen, maar zelf leveren zij niet. Moet de provincie dan geld gaan voorschieten? In bijvoorbeeld Overijssel is daar veel meer de financiële ruimte voor dan in Zuid-Holland; je krijgt dan per provincie een ongelijke situatie.”

Lange termijn
Gerrit de Jong stelt dat het ook heel belangrijk is dat er garanties voor de lange termijn dienen te worden gegeven. Het vertrouwen van boeren in de overheid op dat gebied is laag. “Neem agrarisch natuurbeheer; investeringen daarin neem je niet voor een periode van één of twee jaar. Dan moet je wel zeker weten dat een volgende regering over een paar jaar niet zegt dat het weer helemaal anders moet. Wij willen ook wat dat betreft zekerheid zien voordat we actie ondernemen.”

Het ZH-PLG laat ruimte om de invulling van het halen van de doelen bij de boeren zelf neer te leggen. Maar wethouder Jan Lock struikelde wel over één zin in het document. “Daarbij stelt de provincie dat als we die doelen niet halen, er dan toch een moment kan komen dat zij gaan sturen.”

“Door dit heel expliciet op te nemen zet je het proces onder druk en loop je het risico bij aanvang het opgebouwde vertrouwen al weg te halen. En dat vertrouwen is juist van cruciaal belang. Zeggen jullie als provincie waar we naar toe moeten werken en laat het aan de bewoners van het gebied zelf om dat in te vullen, want die weten veel beter wat er daarvoor nodig is.”

‘Agrariërs krijgen ruimte eigen keuzes’
Voor natuurherstel zet de provincie in op het versterken van de biodiversiteit binnen en buiten de NNN-gebieden en Natura 2000-gebieden, zo valt te lezen in het ZH-PLG. ‘Buiten de natuurgebieden willen we vooral, in samenwerking met de agrarische ondernemers en andere gebiedspartners, werken aan natuurinclusieve inrichting van het landschap. Voor emissiereductie van stikstof en broeiasgassen zetten we door op de transitie van de land- en (glas)tuinbouw naar een duurzaam en circulair systeem. Wij geven de agrariërs de ruimte om zelf keuzes te maken hoe zij tot verduurzaming van hun bedrijf komen. Wij gaan samen met agrariërs, overheden en de markt een monitoringssystematiek ontwikkelen om de duurzaamheidsprestaties van agrarische bedrijven te monitoren.’

Bron: het Kontakt/ Beeld: Geurt Mouthaan

Back To Top
Lid worden