29 november 2024 Cider bestond al in de tijden van de Grieken en Romeinen, maar…
Artikel BoerenBusiness: BBB: ‘Ammoniak top 100 minister klopt weer niet’
De nieuwe ammoniak top 100 die minister voor Natuur en Stikstof, Christianne van der Wal, 19 april naar de Tweede Kamer heeft gestuurd, klopt volgens de BoerBurgerBeweging (BBB) ook niet. Op 5 april stuurde de minister een eerste lijst naar de Kamer, maar die bleek van geen kant te kloppen.
De top 3 van de ammoniaklijst is hetzelfde: Rockwool (259.106 kilo), Yara (254.159 kilo) en Chemelot (113.794 kilo). Op de oude lijst volgden daarna veehouderijen. Andere industriële bedrijven stonden op de oude lijst lager. De ammoniakuitstoot van industriële bedrijven is op beide lijsten hetzelfde. Aan veehouderijen die hoog op de lijst stonden, werd meer emissie toegeschreven (de hoogste: 100.856 kilo) dan aan degene die nu hoog op de lijst staan (de hoogste: 49.525 kilo). In de oude top 100 stonden vijf veehouderijen in de top 10 en in de nieuwe twee.
BBB is in de nieuwe lijst gedoken. “Weliswaar zijn de bedrijven met extreem hoge ammoniakuistoot verdwenen, een groot deel van de lijst blijkt na aanpassing juist een hogere uitstoot te hebben dan in de eerste lijst”, aldus de partij op haar website. “Na overleg met de gemeenten en adviesbureaus kunnen wij geen andere conclusie trekken dan dat ook deze lijst grove fouten bevat. Een vergelijking van vergunde ruimte in Gelderland en de top 100-lijst levert bijvoorbeeld nergens vergelijkbare uitstoot op. De grootste uitstoter in Druten telt, volgens de door de minister aangeleverde lijst, 31.732 kilo ammoniakuitstoot, terwijl deze volgens het vergunningensysteem slechts 17.515 kilo bedraagt.”
‘Gemeentes herkennen aantallen niet’
Het kan theoretisch dat dit bedrijf ondertussen een nieuwe vergunning heeft gekregen, gezien de top 100 van 2019 is, geeft BBB aan. “Echter, ieder bedrijf dat we op die manier vergelijken, staat met een veel lagere uitstoot in de systemen en sinds 2019 worden praktisch geen nieuwe vergunningen meer afgegeven (gezien alle problematiek rond wetgeving en stikstof). Een belrondje met gemeentes levert hetzelfde beeld op: ze herkennen de cijfers niet, en die bedrijven die in hun gemeente worden genoemd bestaan niet met een dergelijke uitstoot.”
“Daarbij komt dat van de eerste vijftig veehouderijbedrijven er maar liefst zeventien nu een hogere uitstoot hebben dan in de eerste lijst. Uiteraard is niet exact bekend welke bedrijven van de eerste lijst matchen met de tweede lijst. Maar de enige andere verklaring is dat er een aantal bedrijven uit de lijst zijn verdwenen en vervangen zijn door bedrijven uit exact dezelfde gemeente. Als dat zo is, dan hadden ze ook op de oude lijst moeten staan en dat is niet zo. Aangezien volgens het RIVM in de eerste lijst is gewerkt met traditionele stalsystemen en daardoor de uitstoot te hoog was, kan het niet zo zijn dat nu allerlei bedrijven hoger scoren dan op de oude lijst”, aldus BBB.
‘Te veel uitstoot aan de veehouderij toegerekend’
Het RIVM heeft volgens de partij ‘duidelijk geen idee wat ze aan het doen zijn!’ “En de minister vaart blind op dit soort instanties. Sterker nog: de praktijkkennis om in te schatten dat dit soort lijsten niet kloppen, ontbreekt volledig. BBB wil openheid en de onderste steen boven: het heeft er alle schijn van dat er veel te veel uitstoot aan de veehouderij toegerekend wordt!”
In de aanbiedingsbrief van de nieuwe top 100 schreef Van der Wal (nogmaals) dat ze de vergissing zeer betreurenswaardig vindt. Zij benadrukt dat de gegevens uitsluitend zijn verzameld om vragen van GroenLinks-Kamerlid Laura Bromet te beantwoorden en niet zijn gebruikt bij het opstellen van het beleid van de minister.
Bron: BoerenBusiness