Skip to content

Artikel Agraaf: Veertig procent Nederlandse veehouders staat niet afwijzend tegenover uitkoop

Circa vier op tien veehouders staan niet volledig afwijzend tegenover uitkoop door de overheid. Als voorwaarde stellen ze dat ze financieel ruimhartig gecompenseerd worden. Dat blijkt uit onderzoek dat het Enschedese onderzoeksinstituut I&O Research uitvoerde onder bijna duizend veehouders.

Het onderzoeksbureau werkte in opdracht van De Volkskrant, maar presenteert de bevindingen ook op de eigen website. ‘Zes op tien veeboeren willen zeker door met hun veeteeltbedrijf. Zo’n veertig procent wil waarschijnlijk door of overweegt stoppen, verkleinen, veranderen of weet niet wat de toekomst gaat brengen. Bij deze bijna veertig procent ligt dus grotendeels onderhandelingsruimte voor eventuele uitkoop. Het meest populaire scenario onder boeren is als zij een deel van het vee inleveren en wel door kunnen gaan, 45 procent van de veeboeren vindt dit (onder pittige voorwaarden) acceptabel’, schrijft I&O Research.

Flinke kluif

Het onderzoeksbureau verwacht dat als de overheid daadwerkelijk boeren op grote schaal wil gaan uitkopen, daar een flinke kluif aan gaat hebben. ‘De veehouders willen financieel ruimhartig gecompenseerd worden en hebben er weinig vertrouwen in dat de overheid haar afspraken ook echt nakomt.’

Zes op tien veeboeren willen zeker door met hun veeteeltbedrijf. ‘We zien we een verschil naar leeftijd. Boeren van middelbare leeftijd of oudere boeren staan meer dan gemiddeld open voor de scenario’s om uitgekocht te worden. Jonge boeren beduidend minder. Zij doen het werk nog niet lang en willen dus door.’

Inkrimpen

Het meest acceptabele scenario voor de veehouders die meededen aan het onderzoek is het scenario van de gedeeltelijke inkrimping. ‘Dit scenario, dat staat voor het gedeeltelijk inkrimpen van de veestapel en verder niets verandert, is voor 44 procent van de veeboeren acceptabel (onder voorwaarden) en voor 49 procent niet bespreekbaar. Pluimveehouders (62 procent) staan hier meer voor open dan rundvee- (44 procent) en varkenshouders (38 procent).

Het verkleinen van het aantal dieren is acceptabel voor de boeren, als zij gegarandeerd door kunnen gaan met de bedrijfsvoering. „Als continuïteit wordt gegarandeerd door de politiek en de Nederlandse markt, kunnen we met de helft van de kippen ook een goede boterham verdienen. Dan wordt de productie wel alleen voor Nederland”, reageerde een deelnemende pluimveehouder.

Eigen woning

I&O Research vroeg aan boeren wat van bedrag ze zouden willen hebben, als ze moeten worden uitgekocht. ‘De bedragen liggen grotendeels tussen de 3 en 10 miljoen euro (52 procent). Vijftien procent zegt: 11 miljoen of meer. Dit zijn vooral de rundvee- en varkenshouders. Pluimvee- en geitenhouders vragen lagere bedragen.’ Driekwart van de boeren wil in de eigen woning blijven, slechts negen procent geeft aan dat op de boerderij blijven wonen niet belangrijk is.

Er deden 981 boeren mee aan het onderzoek, ze kregen een brief met een link naar het onderzoek. I&O Research: ‘Naar regio zien we enige vertekening: boeren uit de provincies Friesland, Gelderland en Noord-Brabant zijn enigszins oververtegenwoordigd, boeren uit de provincies Drenthe, Flevoland, Utrecht, Zuid-Holland en Zeeland zijn enigszins ondervertegenwoordigd. De provincies Groningen, Overijssel, Noord-Holland en Limburg zijn goed vertegenwoordigd.’

Bron: Agraaf

Back To Top
Lid worden