29 november 2024 Cider bestond al in de tijden van de Grieken en Romeinen, maar…
Buitenlandse toeristen zijn gek op Nederlands Werelderfgoed
Het UNESCO werelderfgoed in Nederland staat niet hoog op de agenda bij Nederlanders, blijkt uit onderzoek van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Twee op de drie Nederlanders geeft aan nooit een werelderfgoed te hebben bezocht. Buitenlandse toeristen weten daarentegen wél dagelijks (en in grote getale) de weg naar onze werelderfgoederen weten te vinden.
“Het erfgoed in Nederland verdient beter”, aldus Erik Kessels, gastcurator van het werelderfgoed in Nederland 2016 en creatief directeur van het communicatiebureau KesselsKramer, dat de nieuwe campagne maakte.
Buitenlandse toeristen zijn gek op het werelderfgoed in Nederland. Zij laten zich graag verbazen door de ingenieuze manieren waarop wij met onze beperkte ruimte en het water omgaan, een dagelijkse realiteit die onderdeel van ons DNA is geworden. Ze zijn hierdoor dé ambassadeurs voor ons eigen werelderfgoed. Dat is het uitgangspunt geworden van deze campagne.
Werelderfgoed is er op gericht om bewaard te blijven voor de volgende generaties. Unieke plekken waar de wereld trots op is. En niet voor niets: het UNESCO werelderfgoed in Nederland vertelt het verhaal over Nederland.
“Nederlanders reizen de wereld af naar bekende plekken, maar realiseren zich niet dat ze dichtbij ook werelderfgoed kunnen bekijken. Je hoeft niet ver te reizen.” zegt Boris van der Ham, voorzitter van Stichting Werelderfgoed in Nederland.
Nederland heeft tien UNESCO werelderfgoederen: Schokland en omgeving, Stelling van Amsterdam, Molencomplex Kinderdijk-Elshout, ir. D.F. Woudagemaal, Droogmakerij De Beemster, Rietveld Schröderhuis, Waddenzee, Grachtengordel Amsterdam, Van Nellefabriek en als laatste Willemstad Curaçao.