29 november 2024 Cider bestond al in de tijden van de Grieken en Romeinen, maar…
Artikel Nieuwe Oogst: Loont investeren in camperplek of safaritent?
Een eenvoudige campingplek bij een agrarisch bedrijf is voor veel boeren geen vetpot. Steeds meer boeren en tuinders investeren daarom in camperplekken of gaan in zee met tentverhuurders. De coronacrisis is hier mede een oorzaak van. Levert dat een goed verdienmodel op?
Dat tenten in trek zijn bij eigenaren van boerencampings, merken ze bij tentverhuurder Vodatent. Ze willen er een andere doelgroep mee trekken en de opbrengst verhogen, geeft salesmedewerker Yoran van den Westen van Vodatent aan. De verhuur van een volledig ingerichte safaritent levert een boer twee tot drie keer zoveel op dan een reguliere campingplek, schetst hij. Daar waar een standaard campingplek zo’n 1.200 tot 1.400 euro per jaar oplevert, ligt dat bedrag bij verhuur van een zespersoonstent op zo’n 4.400 euro.
‘Een safaritent is bovendien een eyecatcher. Het zorgt voor een stuk charme op een boerencamping. Wij zien dat ook steeds meer gemeenten sturen richting safaritenten. Zijn zijn bang voor permanente bewoning in chalets en stacaravans’, stelt de Vodatent-salesmedewerker.
Het aantal camperplekken op agrarische bedrijven neemt ook toe. Een half miljoen Nederlanders trekt er dikwijls op uit. Er was al een stijgende lijn te zien, maar onder invloed van corona is het aantal camperbezitters en -huurders toegenomen. Dat is een interessant verdienmodel, stelt directeur Stan Stolwerk van de belangenorganisatie van camperaars NKC.
Naar schatting zijn zo’n driehonderd van de ruim 2.300 camperplekken in Nederland gerealiseerd op een boerenerf. Voor boerenbedrijven voorziet de NKC-directeur een grotere stijging van het aantal camperlocaties, het gemiddelde ligt nu jaarlijks op 8 procent.
‘Plaatsen bij boeren zijn gewild. Camperplekken kun je heel basic inrichten. Het enige wat je nodig hebt is een verharde ondergrond. Boeren zijn niet verplicht een tappunt voor water of elektrapunten aan te leggen. Dit zorgt ervoor dat de investering voor vijf camperplekken hooguit een paar honderd euro bedraagt’, zegt Stolwerk.
Wanneer een ondernemer vijf camperplekken maakt, 50 procent van het jaar bezetting heeft en 10 euro per camper per nacht rekent – de prijzen variëren van zo’n 8 tot 20 euro per camper per nacht, inclusief toeristenbelasting – levert hem dat bijna 10.000 euro per jaar op.
Toch wordt deze basic camperplaats minder populair, waarschuwt Stolwerk. ‘De nieuwe camperaar is op zoek naar meer comfort en voorzieningen. Maar daar kun je dus ook een hoger tarief voor vragen.’
Wasmachine en droger
Jongveeopfokker Gert Jan van Voorst kan daar over mee praten. Hij opende in 2019 een camperplaats met 25 plekken in het Overijsselse Haarle. ‘In het oude tanklokaal hebben wij een wasmachine en droger geplaatst. En we hebben privésanitair gekocht. Wij investeren daarin, anders gaan mensen vertrekken.’
Dat geldt ook voor een afwasgelegenheid. ‘We hadden de kit nog in de bak zitten, toen stonden er al drie mensen met de afwas onder de armen’, gaf de oud-melkveehouder woensdag tijdens een webinar over boerencamperplekken aan, georganiseerd door LTO en NKC.
Hoeveel hij met de camping zou verdienen, was voor Van Voorst de grote vraag. Daar kon hij Rabobank geen antwoord op geven. Maar hij is tevreden over het afgelopen jaar. Hij vroeg 15 euro per camper per nacht.
Naamsbekendheid opbouwen
‘We hebben een enorm goed jaar gedraaid’, zegt de ondernemer. ‘Mede door corona hebben wij in rap tempo enorme naamsbekendheid opgebouwd. Vorig jaar hadden wij drieduizend overnachtingen. Ik verwacht dat wij ook na corona gasten weten te trekken, de eerste Duitse gast heeft al gebeld.’
Johan Moes uit het Drentse Wapse herkent de trend naar meer luxe op boerencampings. Het is deze week precies 25 jaar geleden dat hij startte met zijn camping. Omdat de consument meer comfort vraagt en campingeigenaren meer investeren, is het minder interessant om een camping te beginnen voor boeren, stelt hij. ‘Je ziet dat de landbouwbedrijven groter zijn geworden. Daar ben je als boer al druk genoeg mee.’
Het beginnen van een boerencamping is nu ook een grotere investering dan 25 jaar geleden, toen Moes ermee begon. Het kost naast een financiële investering ontzettend veel tijd. ‘Je moet het niet doen om het minder druk te krijgen. Het is het hele jaar door hard werken. Je bent, naast de werkzaamheden op de camping zelf, continu in de weer met de gasten. Een camping runnen is niet iets dat je er even bij doet.’
Camperaars kunnen route rijden langs boerenerven
Camperaars kennis laten maken met de land- en tuinbouw. Dat is de insteek van initiatiefnemer Truus Sijm van ‘Langs boerenerven’. Ze kunnen een route rijden langs de boerenerven. Inmiddels zijn vijftien eigenaren van boerencamperplaatsen aangehaakt, verspreid over heel Nederland. ‘Mensen zijn enthousiast over ons initiatief. Wij willen het imago van boeren en tuinders verbeteren. Sommige camperaars vinden een bosje tulpen bijvoorbeeld duur, wij leggen hen graag het proces rond de tulp uit’, geeft de eigenaar van een boerencamperplaats en akkerbouwbedrijf in Middenmeer aan. Voor de Noord-Hollandse ondernemer is het vergroten van de boer-burgerverbinding heel belangrijk. Rijk word je niet van een camperplek, is haar ervaring. ‘Ik kan nog altijd beter poters op een stuk land zetten dan campers. Dat eerste is ons verdienmodel. De camper is leuk voor mijn boodschappen.’
Bron: Nieuwe Oogst